Skip to main content
Introductie

De elektrische spierstimulatie (EMS) is een methode die al lange tijd bekend is in de fysiotherapie voor het versterken van de spieren. Spieratrofie, bijvoorbeeld na langdurige bedrust of in het kader van systemische ziekten, kan aantoonbaar worden behandeld met behulp van EMS. EMS is gebaseerd op de toepassing van een elektrisch veld via elektroden die op de huid zijn bevestigd, wat de samentrekking van spiervezels stimuleert door de membraanpotentiaal van spieren te veranderen. Afhankelijk van de gebruikte stimuleringsfrequentie worden de efferente zenuwen kennelijk niet direct geprikkeld.

In de afgelopen jaren heeft Whole-body Electromyostimulation (WB-EMS) zijn weg gevonden naar therapeutische training. Hier worden grote spiergebieden tegelijkertijd geactiveerd via elektroden die in de vesten zijn verwerkt. Het principe van WB-EMS vereist een willekeurige beweging tijdens de toepassing van de stroom, zodat centrale zenuwbanen worden geactiveerd. Deze extra onvrijwillige contractie kan leiden tot een grotere trainingsprikkel dan de vrijwillige contractie bij conventionele krachttraining alleen. Eerdere studies tonen significante toenames in kracht door EMS-toepassing, zowel bij gezonde mensen als bij patiënten.

Het gebruik van WB-EMS in de fysiotherapeutische praktijk laat zien dat het moeilijk is om van tevoren de sterkte van de toegepaste elektrische spanning te bepalen. In de meeste gevallen wordt de sterkte van de elektrostimulatie beoordeeld door de patiënt op een BORG-schaal, waarbij individueel tolerante spanning wordt vastgesteld. Het is aannemelijk dat de maximale tolerantie voor intensiteit zou kunnen worden beïnvloed door antropometrische parameters en de lichaamssamenstelling van het individu.

De toegepaste stroom in WB-EMS moet verschillende huidlagen, vet en bindweefsel en andere fysieke structuren (bloedvaten, botten, ligamenten) passeren voordat deze de spier bereikt die moet worden gestimuleerd. Deze individuele structuren worden beschouwd als weerstanden die in serie zijn verbonden, wat resulteert in een splitsing van de toegepaste spanning. Volgens de wet van Ohm zou de stroomsterkte die door de spier stroomt daarom afhankelijk moeten zijn van de dikte van de huidplooi erboven.

De hypothese van deze studie was dat lichaamssamenstelling (lichaamsimpedantie, lichaamsvet, vetmassa, vetvrije massa) en een hogere huidplooidikte invloed hebben op de maximale stroomintensiteitstolerantie bij WB-EMS-training.

Auteur(s)

Joshua Berger, Stephan Becker, Oliver Ludwig, Wolfgang Kemmler, Michael Fröhlich

Datum van uitgave

24 maart 2020

Link naar artikel

Om het volledige artikel te lezen, klik hier

Leave a Reply

× Neem direct contact op!